Het wordt langzaam drukker.
Door: Serge
Blijf op de hoogte en volg Serge
25 November 2005 | Pakistan, Islamabad
Natuurlijk krijg ik het hier nu (na drie weken) ook drukker, maar minimaal één wekelijkse update daar moet wel tijd voor zijn.
Afgelopen zaterdag ben ik gaan wandelen met collega’s Filip ‘de Belgische paracommando’ en Rob ‘de IT-er’ naar Pir Sohawa, een uitzichtpunt van zo’n 1200 meter, ten noorden van de stad. We begonnen in ‘the modelvillage’ Saidpur, een pottenbakkersdorpje dat model zou moeten staan voor alle dorpen binnen Pakistan. Per taxi aangekomen bleek het zogenaamde modeldorp maar zo-zo: een heftige stank (open riool), overal kippen (nu begrijp ik waar de kippenpest vandaan komt), koeien en een enkel iets wat op een winkel moest lijken. Het deed mij direct denken aan de vluchtelingenkampen in Zuid-Libanon, een trieste plek om te wonen…
Na een uurtje fors omhoog kwamen we aan in een oase, een vlak plateau middenin de bergen waar enkele Pakistaaanse boeren wonen. Filip kende enkelen daar en gaf hen een kilootje koekjes. “Zo houden we de mensen te vriend”, aldus een lacherige Filip. Vervolgens verder omhoog en uiteindelijk aangekomen bij het hotel-in-aanbouw, Pir Sohawa. Wat ons er direct opviel waren de vele soldaten in het berggebied. De Internationale Donorconferentie (en de VIP’s die hier naartoe kwamen) vanwege de aardbeving, zorgde ervoor dat verschillende eenheden enkele dagen gestationeerd waren op hoge, strategische bergtoppen. Onze veiligheidsman Filip had zich al regelmatig opgewonden over (het ontbreken van) de beveiliging rondom het conferentiecentrum waar de conferentie daadwerkelijk plaatsvond en ook tijdens onze bergtocht bleek dit weer eens. De vele uitzichtposten waren namelijk niet echt actief bemand: alle soldaten lag er in tenten...te slapen. Zo langzamerhand begin ik iets te begrijpen van het karakter van Pakistanen.
Zondag ben ik s’middags weer met Wisette gaan paardrijden, nabij Rawalpindi. Had ik de eerste keer het eigenlijk best naar mijn zin, vandaag waren de paarden zeer onrustig. Zo erg zelfs dat een van de Engelse ruiters die met ons meereed van zijn paard werd gegooid. (Nee Sonja, mijn favoriete hobby zal paardrijden zeker niet worden!)
Afgelopen maandag, 6 uur s’ochtends, met chauffeur Daud per diplomatieke Toyota Landcruiser (4-weeldrive) naar het luxe Serena-hotel gereden. Hier collega Margiet en de Brit Nasir opgehaald. Margiet ging als coördinator van BuZa kijken hoe het aardbevingsgeld tot nu toe is besteed (onder meer door Cordaid en Defence for Children). En vervolgens zouden we ook een initiatief van Nasir bekijken. Als Pakistaan, werkzaam bij de Britse ambassade, heeft hij samen met enkele anderen een hulpactie gestart in de Kaghan-vallei nabij Balakot.
Rond een uur of elf arriveerden we in Balakot. Bij mij dus al enigszins bekend door mijn eerdere bezoek en het viel mij dus gelijk op dat de bevolking druk bezig was met de toekomst. Zwaar materieel is inmiddels gearriveerd en de eerste winkels geopend. Wij bezochten er het Pakisaanse leger, kolonel Saeed, de leidinggevende in de regio Balakot. Het leger bepaalt namelijk in Pakistan waar en welke hulp geboden wordt. Na het interview bleek dat inderdaad de hulp in dit stadje goed op gang is gekomen. Maar ook hier blijkt dat grote organisaties (VN, WFP en het Internationale Rode Kruis) veel dubbel werk doen of hebben gedaan. Vooral de kleine (particuliere) initiatieven komen bij de zwaargetroffen bevolking aan, maar die moeten het vaak maar met een beperkt budget doen.
Na het hartelijke gesprek met de kolonel werd het terrein nieuw voor mij. Daud stuurde de Landcruiser omhoog, tussen de scheuren in de weg door en langzaam stijgen we boven Balakot uit. Een aangrijpend overzicht over wat ooit een stad van 300.000 inwoners was. Enigszins denkend aan paswegen in de Alpen rijden we verder richting onze bestemming, het bergdorpje Ghanool.
Maar na een klein uurtje ontstond er plotseling een file: de weg voor ons was door een landverschuiving totaal weggeslagen. Het leger was er inmiddels al wel met grote bulldozers bezig een nieuwe weg aan te leggen. Niet een makkelijke operatie in deze indrukwekkende omgeving! In de verte was al de eerste wintersneeuw zichtbaar, terwijl wij op een weg hobbelden die ooit een aansluiting was op de historische Karakorum Highway, de Pakistaanse doorgang over hoge bergpassen naar China. Maar hier is nu weinig meer van over, alles moet in het voorjaar opnieuw aangelegd gaan worden. En plotseling beefde de aarde voor een tien seconden: een naschok. En direct zijn er overal weer nieuwe landverschuivingen zichtbaar. Het ontbreken van bomen maakt het land juist nu erg kwetsbaar en dan moet de sneeuw nog komen.
Uiteindelijk rond 14.00 aangekomen in het afgelegen Ghanool. Een prachtige omgeving van groene bergweiden, een snelstromende rivier en zicht op met sneeuw bedekte 4000’ers. Ook hier wordt door de bewoners hard gewerkt: iedereen wordt geacht een wintervast onderkomen te hebben. De Nederlandse overheid heeft hier reeds €25.000 gedoneerd en hiervan zijn materialen als hamers, zagen, spijkers en golfplaten aangeschaft. Maar er is meer nodig: nog minstens 137 families hebben huisvesting nodig. En daarvoor wordt Nederland gevraagd nogmaals €25.000 te doneren speciaal voor deze golfplaten. Ben benieuwd of Margiet Den Haag kan overtuigen dit soort goede Pakistaanse initiatieven nogmaals te steunen.
Ik heb ook hier weer vrienden gemaakt. 3R (Rescue Relief & Rehabilitation), de organisatie van Nasir, brengt ook hulp brengt naar plekken die niet per auto te bereiken zijn. En dus ga ik volgende week met een volle rugzak mee de bergen in, deze mensen spullen brengen. Twee vliegen in een klap: de bevolking blij en ik doe contacten op voor bergtouren in het voorjaar. Nasir en collega’s kennen het hooggebergte van Pakistan namelijk als hun broekzak. Je hoort me daar wel over. Na een lange (minstens 6 uur), vermoeiende terugreis (weer lange tijd wachten voor werkende bulldozers) om half negen terug bij het Serena. Weer een zeer geslaagde reis vandaag.
Wat mij vooral bijblijft bij de nasleep van de aardbevingsramp in Pakistan is de solidariteit uit heel Pakistan. Zo blijkt bijvoorbeeld dat vele doktoren binnen Pakistan nog dezelfde dag naar het noorden zijn gereisd voor het bieden van hulp, tot vandaag de dag ontstaan eigen initiatieven (ongeacht religie of stam) en zelfs studenten uit Lahore komen helemaal naar Kashmir. Erg mooi om te zien!
De rest van de week vooral op de ambassade vertoeft. Ben wel nog driemaal teruggeweest naar de kleermaker, Wahid. Uiteindelijk heb ik gisteren er mijn maatpak kunnen ophalen. Het zit nu helemaal gegoten, maar dat mag dan wel na al die moeite. Woensdag ben ik weer gaan hardlopen op de enclave en hebben we met zijn tweeën wat gegeten bij collega Alexandra. Zij zit al twee jaar in Pakistan en heeft een appartement met zicht op het fort dat Amerikaanse ambassade heet. Een ruime flat dat van alle gemakken is voorzien. Maar zij kijkt al wel uit naar volgend jaar: ambassades in Washington of het Zwitserse Geneve liggen op de loer.
Gisteren heb ik voor het eerst weer eens een ijsje gegeten: nabij de ambassade bleek Gelato Agffairs te zitten, een modern ingerichte ijscobar. Samen met Sanam, een vriendin van Jantine en haar vriend er een ijsje genomen. Met elkaar hebben we ook direct een afspraak gemaakt voor een volgende ontmoeting: de cricketwedstrijd: Pakistan-Groot-Brittanie. Ik begrijp geen snars van het spel, maar de manier om het spelletje te leren is natuurlijk gewoon zo’n interessante match bij te wonen. Ze spelen binnenkort hun wedstrijden in het stadion Rawalpindi. Ben benieuwd of ze mij een cricketfan kunnen maken?
Tot slot val ik binnenkort met mijn neus in de boter: onze minister van Ontwikkelingssamenwerking, Agnes van Ardenne komt op 9 en 10 december naar Pakistan voor het bezoeken van het rampgebied. Per helikopter zal ze het militaire NAVO-hospitaal bezoeken. En waarschijnlijk kan ik ook enig voorbereidingswerk gaan verrichten. Ik zie het allemaal wel, het is allemaal bere-interessant. Voor dat zij komt probeer ik al bij deze militairen geweest te zijn. Ik moet even geduld hebben omdat de Nederlanders nu afgelost worden, maar de toezegging heb ik reeds binnen om er snel te komen kijken.
Komende woensdag probeer ik naar Peshawar te reizen. Van hieruit vertrekt er een authentieke stoomtrein richting de Kyberpas (grens Afghanistan). Volgens velen een onvergetelijke reiservaring. Ik hoop er vandaag nog een kaartje voor te kunnen regelen. Overigens staat ook deze reis op de DvD van Michael Palin.
Tot snel,
Serge
Afgelopen zaterdag ben ik gaan wandelen met collega’s Filip ‘de Belgische paracommando’ en Rob ‘de IT-er’ naar Pir Sohawa, een uitzichtpunt van zo’n 1200 meter, ten noorden van de stad. We begonnen in ‘the modelvillage’ Saidpur, een pottenbakkersdorpje dat model zou moeten staan voor alle dorpen binnen Pakistan. Per taxi aangekomen bleek het zogenaamde modeldorp maar zo-zo: een heftige stank (open riool), overal kippen (nu begrijp ik waar de kippenpest vandaan komt), koeien en een enkel iets wat op een winkel moest lijken. Het deed mij direct denken aan de vluchtelingenkampen in Zuid-Libanon, een trieste plek om te wonen…
Na een uurtje fors omhoog kwamen we aan in een oase, een vlak plateau middenin de bergen waar enkele Pakistaaanse boeren wonen. Filip kende enkelen daar en gaf hen een kilootje koekjes. “Zo houden we de mensen te vriend”, aldus een lacherige Filip. Vervolgens verder omhoog en uiteindelijk aangekomen bij het hotel-in-aanbouw, Pir Sohawa. Wat ons er direct opviel waren de vele soldaten in het berggebied. De Internationale Donorconferentie (en de VIP’s die hier naartoe kwamen) vanwege de aardbeving, zorgde ervoor dat verschillende eenheden enkele dagen gestationeerd waren op hoge, strategische bergtoppen. Onze veiligheidsman Filip had zich al regelmatig opgewonden over (het ontbreken van) de beveiliging rondom het conferentiecentrum waar de conferentie daadwerkelijk plaatsvond en ook tijdens onze bergtocht bleek dit weer eens. De vele uitzichtposten waren namelijk niet echt actief bemand: alle soldaten lag er in tenten...te slapen. Zo langzamerhand begin ik iets te begrijpen van het karakter van Pakistanen.
Zondag ben ik s’middags weer met Wisette gaan paardrijden, nabij Rawalpindi. Had ik de eerste keer het eigenlijk best naar mijn zin, vandaag waren de paarden zeer onrustig. Zo erg zelfs dat een van de Engelse ruiters die met ons meereed van zijn paard werd gegooid. (Nee Sonja, mijn favoriete hobby zal paardrijden zeker niet worden!)
Afgelopen maandag, 6 uur s’ochtends, met chauffeur Daud per diplomatieke Toyota Landcruiser (4-weeldrive) naar het luxe Serena-hotel gereden. Hier collega Margiet en de Brit Nasir opgehaald. Margiet ging als coördinator van BuZa kijken hoe het aardbevingsgeld tot nu toe is besteed (onder meer door Cordaid en Defence for Children). En vervolgens zouden we ook een initiatief van Nasir bekijken. Als Pakistaan, werkzaam bij de Britse ambassade, heeft hij samen met enkele anderen een hulpactie gestart in de Kaghan-vallei nabij Balakot.
Rond een uur of elf arriveerden we in Balakot. Bij mij dus al enigszins bekend door mijn eerdere bezoek en het viel mij dus gelijk op dat de bevolking druk bezig was met de toekomst. Zwaar materieel is inmiddels gearriveerd en de eerste winkels geopend. Wij bezochten er het Pakisaanse leger, kolonel Saeed, de leidinggevende in de regio Balakot. Het leger bepaalt namelijk in Pakistan waar en welke hulp geboden wordt. Na het interview bleek dat inderdaad de hulp in dit stadje goed op gang is gekomen. Maar ook hier blijkt dat grote organisaties (VN, WFP en het Internationale Rode Kruis) veel dubbel werk doen of hebben gedaan. Vooral de kleine (particuliere) initiatieven komen bij de zwaargetroffen bevolking aan, maar die moeten het vaak maar met een beperkt budget doen.
Na het hartelijke gesprek met de kolonel werd het terrein nieuw voor mij. Daud stuurde de Landcruiser omhoog, tussen de scheuren in de weg door en langzaam stijgen we boven Balakot uit. Een aangrijpend overzicht over wat ooit een stad van 300.000 inwoners was. Enigszins denkend aan paswegen in de Alpen rijden we verder richting onze bestemming, het bergdorpje Ghanool.
Maar na een klein uurtje ontstond er plotseling een file: de weg voor ons was door een landverschuiving totaal weggeslagen. Het leger was er inmiddels al wel met grote bulldozers bezig een nieuwe weg aan te leggen. Niet een makkelijke operatie in deze indrukwekkende omgeving! In de verte was al de eerste wintersneeuw zichtbaar, terwijl wij op een weg hobbelden die ooit een aansluiting was op de historische Karakorum Highway, de Pakistaanse doorgang over hoge bergpassen naar China. Maar hier is nu weinig meer van over, alles moet in het voorjaar opnieuw aangelegd gaan worden. En plotseling beefde de aarde voor een tien seconden: een naschok. En direct zijn er overal weer nieuwe landverschuivingen zichtbaar. Het ontbreken van bomen maakt het land juist nu erg kwetsbaar en dan moet de sneeuw nog komen.
Uiteindelijk rond 14.00 aangekomen in het afgelegen Ghanool. Een prachtige omgeving van groene bergweiden, een snelstromende rivier en zicht op met sneeuw bedekte 4000’ers. Ook hier wordt door de bewoners hard gewerkt: iedereen wordt geacht een wintervast onderkomen te hebben. De Nederlandse overheid heeft hier reeds €25.000 gedoneerd en hiervan zijn materialen als hamers, zagen, spijkers en golfplaten aangeschaft. Maar er is meer nodig: nog minstens 137 families hebben huisvesting nodig. En daarvoor wordt Nederland gevraagd nogmaals €25.000 te doneren speciaal voor deze golfplaten. Ben benieuwd of Margiet Den Haag kan overtuigen dit soort goede Pakistaanse initiatieven nogmaals te steunen.
Ik heb ook hier weer vrienden gemaakt. 3R (Rescue Relief & Rehabilitation), de organisatie van Nasir, brengt ook hulp brengt naar plekken die niet per auto te bereiken zijn. En dus ga ik volgende week met een volle rugzak mee de bergen in, deze mensen spullen brengen. Twee vliegen in een klap: de bevolking blij en ik doe contacten op voor bergtouren in het voorjaar. Nasir en collega’s kennen het hooggebergte van Pakistan namelijk als hun broekzak. Je hoort me daar wel over. Na een lange (minstens 6 uur), vermoeiende terugreis (weer lange tijd wachten voor werkende bulldozers) om half negen terug bij het Serena. Weer een zeer geslaagde reis vandaag.
Wat mij vooral bijblijft bij de nasleep van de aardbevingsramp in Pakistan is de solidariteit uit heel Pakistan. Zo blijkt bijvoorbeeld dat vele doktoren binnen Pakistan nog dezelfde dag naar het noorden zijn gereisd voor het bieden van hulp, tot vandaag de dag ontstaan eigen initiatieven (ongeacht religie of stam) en zelfs studenten uit Lahore komen helemaal naar Kashmir. Erg mooi om te zien!
De rest van de week vooral op de ambassade vertoeft. Ben wel nog driemaal teruggeweest naar de kleermaker, Wahid. Uiteindelijk heb ik gisteren er mijn maatpak kunnen ophalen. Het zit nu helemaal gegoten, maar dat mag dan wel na al die moeite. Woensdag ben ik weer gaan hardlopen op de enclave en hebben we met zijn tweeën wat gegeten bij collega Alexandra. Zij zit al twee jaar in Pakistan en heeft een appartement met zicht op het fort dat Amerikaanse ambassade heet. Een ruime flat dat van alle gemakken is voorzien. Maar zij kijkt al wel uit naar volgend jaar: ambassades in Washington of het Zwitserse Geneve liggen op de loer.
Gisteren heb ik voor het eerst weer eens een ijsje gegeten: nabij de ambassade bleek Gelato Agffairs te zitten, een modern ingerichte ijscobar. Samen met Sanam, een vriendin van Jantine en haar vriend er een ijsje genomen. Met elkaar hebben we ook direct een afspraak gemaakt voor een volgende ontmoeting: de cricketwedstrijd: Pakistan-Groot-Brittanie. Ik begrijp geen snars van het spel, maar de manier om het spelletje te leren is natuurlijk gewoon zo’n interessante match bij te wonen. Ze spelen binnenkort hun wedstrijden in het stadion Rawalpindi. Ben benieuwd of ze mij een cricketfan kunnen maken?
Tot slot val ik binnenkort met mijn neus in de boter: onze minister van Ontwikkelingssamenwerking, Agnes van Ardenne komt op 9 en 10 december naar Pakistan voor het bezoeken van het rampgebied. Per helikopter zal ze het militaire NAVO-hospitaal bezoeken. En waarschijnlijk kan ik ook enig voorbereidingswerk gaan verrichten. Ik zie het allemaal wel, het is allemaal bere-interessant. Voor dat zij komt probeer ik al bij deze militairen geweest te zijn. Ik moet even geduld hebben omdat de Nederlanders nu afgelost worden, maar de toezegging heb ik reeds binnen om er snel te komen kijken.
Komende woensdag probeer ik naar Peshawar te reizen. Van hieruit vertrekt er een authentieke stoomtrein richting de Kyberpas (grens Afghanistan). Volgens velen een onvergetelijke reiservaring. Ik hoop er vandaag nog een kaartje voor te kunnen regelen. Overigens staat ook deze reis op de DvD van Michael Palin.
Tot snel,
Serge
-
25 November 2005 - 13:32
Ferry:
Hey Serge,
Wow spannend man zo'n nabeving lijkt me. Vooral als je je op een bergweg bevind. Indrukwekkende foto's. Je doet wel ontzettend veel nieuwe contacten op zo....
Groeten,
Ferry -
25 November 2005 - 15:10
Hetty:
Hi serge,
Je schrijft net zo veel als dat je praat, maar het blijft leuk om te lezen. Staat je goed trouwens dat Maatpak. Wat een leuke dingen ga je nog doen komend e week, ik ben benieuwd naar je verhalen daarover. Tot mails. gr. Hetty -
25 November 2005 - 22:47
Ivo & Sabrina:
Hallo Serge,
Je maakt heel wat mee daar.
We blijven je volgen. Je foto's zijn leuk om te zien. Je bent helemaal het 'heertje' ind dat pak. Groetjes vanuit Voorschoten -
25 November 2005 - 23:43
Elly Fles:
enig joubelevenissen te mogen volgen ik lees het met groot plezier
groetjes -
26 November 2005 - 09:36
Beata&Olav:
Hallo die Serge
Leuk om weer je update te lezen, dat pak maakt een echte vent van jou herstel diplomaat!
Nou tot de volgende update dan maar weer.......
Gr Beata&olav -
28 November 2005 - 21:02
Valentine:
Met dit pak ben je nu echt Meneer Serge! Leuk dat je ons op de hoogte houdt van al je belevenissen. Jammer dat ik niet met je mee kan lopen! -
02 December 2005 - 22:38
Linda:
he serge , erg leuk om alles zo een beetje te volgen, heb je nog flitspalen gezien? hihi
groetjes linda
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley